Bemoediging 30 april Bemoediging 30 april

(Om met u te delen: de overdenking die ik deze week schreef voor de Zorgcentra)

Meditatie bij psalm 56
Iemand noemde huilen de meest krachtige vorm van communicatie. Huilen van verdriet, het is van alle tijden en plaatsen. Het hoort bij het mens-zijn. Een emotie die iedereen kent en herkent, een taal die hulpeloosheid, machteloosheid, weerloosheid en kwetsbaarheid uitdrukt. Iets wat we juist ook in deze tijd zo ervaren. Machteloos voel je je tegenover de gevolgen van het coronavirus. Huilen omdat je niet bij haar of hem kunt zijn die je zo lief is of omdat zij of hij ziek is. Huilen is zelfs een van de eerste dingen die een mens als pasgeboren baby doet. Huilen hoort bij het mens-zijn en daarom vinden we dit ook in de bijbel volop terug. “Er is een tijd om te huilen” zegt Prediker. “Ik heb je tranen gezien” zo lezen we van God in het boek Jesaja. De bijbel leert ons God kennen als de God die ziet en hoort, die onze tranen ziet en ons zuchten hoort, de God die ons ként. God is niet alleen hoog en heilig, ver weg in de hemel, Hij is ook de Nabije. Alles wat er in ons leven gebeurt, het gaat niet onopgemerkt aan God voorbij. Deze dingen lezen we ook in die prachtige psalm 56. Een psalm, een gebed van David, David de vluchteling. David ontvluchtte zijn eigen land omdat koning Saul hem wilde doden. Daarom zocht David een veilig heenkomen in een buurland. Asiel aanvragen bij de Filistijnen. Maar ook daar bleek zijn leven niet veilig: hij wordt gegrepen door de Filistijnen. In die omstandigheden bidt David deze psalm. Een psalm van vertrouwen op God in de nood. Ik licht het 9e vers er uit: “Mijn omzwervingen hebt  U opgetekend, vang mijn tranen op in uw kruik. Staat het niet alles in uw boek?” God houdt een dagboek bij van je leven. Niet iets om bang voor te zijn in de zin dat daar al je verkeerde dingen in staan. Nee, meer iets van vertrouwelijke nabijheid. Je leven gaan niet buiten God om. En ook: Onze tranen worden niet alleen gezien, maar ook opgevangen. Onze tranen, elke traan door Hem gezien en geteld, wordt als een kostbaar vocht bewaard in Gods kruik. God als de Nabije, de Trooster, betrokken op ons.  Vang mijn tranen op in uw kruik bidt David.
Het gaat niet aan God voorbij, mijn tranen zijn kostbaar in de ogen van God, zo gelooft David. Een geloof dat verbonden is met vertrouwen. Op God vertrouw ik, angst ken ik niet, zegt David en dit weet ik: dat God mij terzijde staat. In de Openbaring van Johannes staat dat als we na al die omzwervingen bij God aankomen, dat we dan daar door het Lam Jezus Christus geweid en gevoerd worden naar de bron met water dat leven geeft. Daar zal de pijn en het verdriet, al die door God bewaarde tranen geheeld worden. Daar zal God alle tranen voor eens en voor altijd van onze ogen afwissen, want zó is deze onze God.

Ds. Kest Jelsma


 
terug