Bemoediging 13 mei Bemoediging 13 mei
Maandag vroeg ik mijn kleindochter, die weer voor het eerst naar school was, hoe het was.  “Leuk”, zei ze. “Maar wel vreemd.”

En ik zag op tv een man die van zondag- op maandagnacht om 1 minuut over 12 bij de kapper op de stoel zat. Hij snakte naar het moment waarop alles weer ‘normaal’ zou zijn.  Maar ‘normaal’ wordt het voorlopig niet.

In Zuid-Korea dachten jonge mensen in het afgelopen weekend dat het wel weer kon. De lockdown was losgelaten en zij raakten uitgelaten en gingen met zo’n duizend mensen feesten in een uitgaansgebied. Eén besmette bezoeker infecteerde talloze anderen. En zij op hun beurt…anderen. Maar wie zijn dat...

Het wordt voorlopig niet ‘normaal’. Het blijft, in elk geval voorlopig, ‘vreemd’.
Een gecontroleerde loslating van de teugels betekent tegelijk ook dat bekend is wie wie ontmoet. Er moet nagedacht worden over de ontmoetingen. En misschien is dat wel iets wat we altijd al hadden moeten doen en wat we ons voor de toekomst ook zouden moeten voornemen.

Want elke ontmoeting kan een gevolg hebben. Als we bewust de ander ontmoeten. De ander ontmoeten als mens van God.
In mijn poëziealbum staat een gedichtje:
Of je groot bent of klein
je kunt wat zijn,
je hebt wat te geven.
Een lach, een knik,
een lieve blik
doen veel in ieders leven.

G.M.

 
terug