Bemoediging 11 mei Bemoediging 11 mei
Verheugd was ik…
 
Met deze woorden begint Psalm 122. ‘Verheugd was ik toen ik hoorde: “Wij gaan naar het huis van de Heer.”’ Deze woorden zullen m’n reisgenoten herkennen: samen zouden we vandaag het vliegtuig genomen hebben naar Israël, Palestijnse Gebieden en Jordanië. Geen vakantie, maar een reis: een ontdekkingstocht van het gebied en van je geloof, door plekken te bezoeken en mensen te ontmoeten. Verheugd waren we, toen we een datum prikten, de reisorganisatie op bezoek kregen, onze reis boekten. Verheugd waren we, toen mooie ideeën uitgewerkte plannen werden.
 
Maar het ging niet door. ‘Verheugd ben ik, nu onze voeten staan binnen je poorten, Jeruzalem’ is het tweede vers van Psalm 122. Maar dat vers kunnen we David nog niet nazingen. Hopelijk over een jaar. Maar de ongekende ervaring dat een virus de hele wereld plat kan leggen, het leven bedreigt en ons doen en laten ernstig hindert, maakt ons wat minder naïef: hopelijk over een jaar. Je weet maar nooit…
 
Iedereen van onze groep beseft dat het ‘maar’ om een reis gaat. Het had ook veel erger gekund. Maar toch: dit is echt niet leuk.
 
Hoe rot het ook is, deze ervaring past bij de stad die Psalm 122 bezingt. Het is de stad waarvan – simpel samengevat – je het nooit zeker weet. Je dacht: stad door David begonnen met zijn akker van Arauna – dat moet wel iets moois worden. De naam getuigt van vrede: sjaloom. Maar de geschiedenis van de stad is ingewikkeld. Joden, christenen en moslims zien het als ‘hun’ stad en hebben daar vaak strijd om gevoerd. Stad van vrede? Je weet het maar nooit.
 
En nog steeds is Jeruzalem een speelbal in de internationale politiek. De riskante onderneming om de ambassade van de VS naar deze stad te verplaatsen heeft terecht wereldwijde kritiek ontvangen, ook wereldwijd van heel veel kerken, met uitzondering van onze PKN. Zo is de toekomst van de stad onbestendig: je weet het maar nooit.
 
Helaas.
 
Maar het is ook de stad waar de drie religies nu al samenwonen. In vrede? Dat is soms teveel gezegd. Het delen van heilige plaatsen is geen sinecure en de huidige situatie lijkt eerder het hoogst haalbare dan ideaal. Daarnaast spelen politici geregeld gevaarlijk met deze status quo. Maar elkaar (moeten) verdragen tekent het leven in deze stad wel in 99,9% van de tijd. En al is zulk samenleven nog geen echte sjaloom, toch is het al heel wat. Ergens ademt deze stad verlangen en toekomst en wie het wil zien, kan daar nu al  sporen van ontdekken.
 
Veel mensen zijn cynisch geworden over vrede in het Midden-Oosten. Maar als ik aan Jeruzalem denk, denk ik toch weer: je weet het maar nooit.
 
Gelukkig.
 
HB


 
terug